Wat heeft het studiebureau nodig voor de opmaak van een renovatiemasterplan?

Jullie hebben besloten om met een bepaald studiebureau verder te werken.

Dit studiebureau zal op basis van drie elementen een renovatiemasterplan opstellen.

1.      Informatie over het gebouw – Voor het opstellen van een basisdossier vraagt het studiebureau verschillende soorten documenten op zoals de gebouwplannen, de basisakte, recente verbouwingen, doorsnedes en energiegegevens. Hoe meer documenten en informatie beschikbaar zijn voor het studiebureau, des te accurater kan het studiebureau het renovatiemasterplan uitwerken. AG Oostende Energiehuis bezorgt de syndicus (en het projectteam) een overzicht van welke documenten opgevraagd worden.

Voor een appartementsgebouw vanaf 15 wooneenheden

Een ervaren professional van AG Oostende Energiehuis zal het projectteam en de syndicus een overzicht van de nodige documenten bezorgen. De syndicus (of het projectteam) laadt deze gegevens op via de website van VEKA.

Voor een appartementsgebouw met minder dan 15 wooneenheden

Een ervaren professional van AG Oostende Energiehuis zal het projectteam en de syndicus een overzicht van de nodige documenten bezorgen. De syndicus (of het projectteam) zorgt ervoor dat het geselecteerde studiebureau de gewenste documenten tijdig ontvangt.

2.      Bezoek aan het gebouw (conditiestaatmeting) – het studiebureau zal ook ter plaatse het gebouw inspecteren. Ze bekijken de gemeenschappelijke ruimtes, van kelder tot dak. Zorg er ook voor dat het studiebureau enkele private appartementen kan bezoeken op verschillende hoogtes, groottes en liggingen. Via een visuele inspectie brengt de expert in kaart welke onderdelen van het gebouw nood hebben aan onderhoud, herstelling of vervanging. Soms is ‘destructief onderzoek’ nodig: het op kleine schaal wegnemen van materiaal van een gebouwonderdeel om te kunnen onderzoeken. Bijvoorbeeld om de opbouw van een dak of muur te achterhalen of de kwaliteit van het beton te checken. Uiteraard worden de te onderzoeken plekken terug hersteld. Voor een ‘destructief onderzoek’ is vaak een additionele prijsopgave nodig.

3.      Ervaring en wensen van de bewoners / eigenaars – via een bewonersbevraging krijgt elke bewoner de mogelijkheid om de tekortkomingen van zijn appartement en zijn wensen door te geven. De syndicus (en het projectteam) krijgen deze bewonersbevraging via AG Oostende Energiehuis. De syndicus (en het projectteam) volgen de actieve deelname van de bewoners op. AG Oostende Energiehuis zal na afsluiten van de bewonersbevraging deze delen met het studiebureau. De syndicus (en het projectteam) krijgt achteraf een samenvattend rapport met de conclusies uit de bevraging.